Uitlevering of overlevering, een wereld van verschil?
Recent verscheen in de pers dat Wikileaks-oprichter Julian Assange, opmerkelijk genoeg, niet zal worden uitgeleverd aan de Verenigde Staten. De verdediging van Assange stelde dat de vraag tot uitlevering politiek gemotiveerd is en dat een mogelijke uitwijzing een bedreiging vormde voor de persvrijheid. Hoewel werd verwacht dat de rechtbank het verzoek tot uitlevering zou inwilligen, verraste de Londense rechtbank vriend en vijand door de uitlevering te weigeren.
Uitlevering vs. overlevering
Hierboven werd gewag gemaakt van de term uitlevering. Is dit dan hetzelfde als een overlevering of is er effectief een verschil?
Hoewel zowel de uitlevering als de overlevering in wezen tot hetzelfde resultaat leiden – nl. de overbrenging van een verdachte of een reeds veroordeelde persoon van de aangezochte naar de verzoekende staat – lopen beide procedures erg uit elkaar.
Uitlevering
De uitlevering houdt in dat er op grond van een tussen twee staten afgesloten verdrag, wordt overgegaan tot de overbrenging van een verdachte of een reeds veroordeelde persoon – in het eerste geval spreekt men van een vervolgingsuitlevering, in het tweede geval van een executie-uitlevering.
Belangrijk hierbij is dat een uitlevering naar een niet EU-lidstaat politiek gestoeld is aangezien deze beslissing wordt overgelaten aan de Minister van Justitie.
Over de uitlevering zijn er ook (recente) ontwikkelingen waar te nemen. Er wordt hierbij verwezen naar het arrest van het Hof van Justitie in de zaak Denis Raugevicius van 13 november 2018 (nr. C-247/17).
Overlevering
Tegenwoordig wordt er tussen EU-lidstaten geen gebruik meer gemaakt van de uitlevering maar wel van een Europees aanhoudingsbevel (afgekort: EAB); daarom wordt in dit verband gesproken over een overlevering en niet meer van een uitlevering.
De beslissing omtrent de overlevering is uitsluitend een rechterlijke bevoegdheid en wordt in België geregeld door de wet van 19 december 2003 betreffende het Europees Aanhoudingsbevel. Met deze wet werd het kaderbesluit dat op 13 juni 2002 werd aangenomen door de Raad van de Europese Unie omgezet naar Belgisch recht.
Het Europees aanhoudingsbevel is gebaseerd op het vertrouwen tussen de lidstaten en de wederzijdse erkenning van elkaars aanhoudingsbevelen.
Voorwaarden voor de tenuitvoerlegging van een Europees aanhoudingsbevel
De voorwaarden evenals de weigeringsgronden voor de tenuitvoerlegging van een Europees aanhoudingsbevel zijn opgenomen in hoofdstuk III, afdeling 1 van de EAB-wet.
In België bestaan er verplichte en facultatieve weigeringsgronden. In ieder geval zijn er in ons land vier verplichte weigeringsgronden van toepassing, evenals één algemene mensenrechtenexceptie:
- Amnestie
- Ne bis in idem-beginsel
- De leeftijd van de strafrechtelijk verantwoordelijke
- Verjaring
- Gegrond gevaar voor de schending van de mensenrechten
Procedure van tenuitvoerlegging van het Europees aanhoudingsbevel
De procedure van tenuitvoerlegging het Europees aanhoudingsbevel wordt geregeld in afdeling II van hoofdstuk III van de EAB-wet.
Hoofdzakelijk kunnen twee procedures worden onderscheiden.
De procedure in geval van toestemming van de betrokken persoon en de procedure in geval weigering van de betrokken persoon.
In het eerste geval (verkorte procedure) zal de procedure spoedig kunnen worden bewerkstelligd, terwijl in het tweede geval de procedure in België kan worden uitgeput en een verweer kan worden opgebouwd voor de Raadkamer en al dan niet voor de Kamer van Inbeschuldigingstelling en het Hof van Cassatie.
U wordt geconfronteerd met een overlevering of uitlevering. Wat nu?
In het geval u geconfronteerd zou worden met een Europees aanhoudingsbevel en u zich wil verzetten tegen een navolgende overlevering dan wel een uitlevering, is het van cruciaal belang dat er met spoed wordt opgetreden.
Onze advocaten genieten een bijzondere expertise en jarenlange praktijkervaring in overlevering en – uitleveringsdossiers waardoor wij u in elke stand van de procedure kunnen adviseren en bijstaan.
Wij beschikken over diverse relevante studies (van o.a. het Antifoltercomité van de Raad van Europa, rechtspraak Europees Hof voor de Rechten van de Mens,..) waardoor eventuele schendingen van de mensenrechten aannemelijk kunnen worden gemaakt en een overlevering of uitlevering mogelijk vermeden kan worden.
Daarenboven kunnen wij beroep doen op een uitgebreid internationaal netwerk van advocaten zodat een doorgedreven samenwerking over de grenzen heen in elk specifiek dossier mogelijk is.
Wij zullen alles in het werk stellen om een overlevering of uitlevering te vermijden, dan wel voorafgaand de nodige garanties te verkrijgen.
Vragen over deze materie? Aarzel niet onze experten te contacteren, zij adviseren u graag. Contacteer ons via info@bannister.be of 03/369.28.00.
9 februari 2021