Het openen van post is een onderszoeksdaad die wordt gebruikt bij de opsporing van misdrijven. Het is belangrijk wanneer het openen van post mag plaatsvinden. Onze experten in het strafrecht overlopen hieronder de verschillende aspecten van deze onderzoeksdaad.

Wanneer?

In de volksmond wordt vaak beweerd dat het openen van post op geen enkele manier mogelijk is naar aanleiding van het briefgeheim. Het briefgeheim wordt namelijk beschermd door artikel 29 van de Grondwet, artikel 8.1 EVRM en artikel 7 Handvest EU. Tevens stelt artikel 460 van het Strafwetboek personen strafbaar die een toevertrouwde brief wegmaken of een brief openen om het geheim ervan te schenden. Er dient wel opgemerkt te worden dat deze principiële bescherming niet absoluut is. Artikel 8.2 EVRM laat een inmenging toe wanneer aan volgende voorwaarden cumulatief zijn voldaan:

• De inmenging is bij wet voorzien;
• Inmenging is noodzakelijk ter vrijwaring van de openbare veiligheid of economisch welzijn van het land, bescherming van de openbare orde en het voorkomen van strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden, of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen.

In de grondwet valt ook te lezen dat de wet zelf kan bepalen welke politiediensten het geheim der aan de post toevertrouwde brieven mogen schenden.

Wettelijke basis

De wet van 6 januari 2003 (Wet Bijzondere Opsporingsmethoden, zogenaamde BOM-wet) heeft een specifieke rechtsgrond ingevoegd in het kader van openen en kennisnemen van inhoud van post. De rechtsgrond voor het daadwerkelijk openen van post en kennisnemen van deze inhoud is terug te vinden in artikel 88sexies van het Wetboek van Strafvordering.

Wie is bevoegd?

Het is de onderzoeksrechter die bevoegd is om deze onderzoeksdaad te bevelen. In het geval van een ontdekking op heterdaad kan de Procureur des Konings tevens deze bevoegdheid uitoefenen.

Het is ook mogelijk dat de Procureur des Konings deze onderzoeksdaad kan laten stellen zonder een ontdekking op heterdaad. Dit kan op basis van de ‘mini-instructie’, waarbij de Procureur des Konings een onderzoeksrechter vordert om deze onderzoeksdaad te stellen, zonder dat hiervoor een gerechtelijk onderzoek dient ingesteld te worden.

Na het openen?

Wanneer de post werd geopend, is het mogelijk dat deze verder in beslag wordt genomen. Een andere mogelijkheid is dat de post wordt teruggegeven aan de bevoegde postoperator, die instaat voor verdere verzending. Het is mogelijk dat de onderzoeksrechter de medewerking van de bevoegde postoperator kan bevelen.

Is uw post geopend zonder een wettelijke grondslag, aarzel niet om de experten van team Strafrecht te contacteren per e-mail (info@bannister.be) of per telefoon (03 369 28 00).