Wetboek van vennootschappen

Het nieuwe Wetboek van vennootschappen en verenigingen (hierna “WVV”) trad eigenlijk al in werking op 1 mei 2019. Dat wou zeggen dat de vanaf 1 mei 2019 opgerichte vennootschappen moesten voldoen aan het nieuwe WVV. Bestaande vennootschappen, verenigingen en stichtingen konden vanaf 1 mei 2019 beslissen om de nieuwe regels toe te passen ( ‘opt-in’) door middel van een statutenwijziging. Het WVV mocht tussen 1 mei 2019 en 1 januari 2020 (maar moest niet) toegepast worden door bestaande vennootschappen, verenigingen en stichtingen.

Voor een goed begrip, dit is de situatie op en vanaf 1 januari 2020:

(1) Op 1 januari 2020 werd het WVV van toepassing op bestaande vennootschappen, verenigingen en stichtingen ook als die nog niet aan het WVV werden onderworpen, dat betekent:

  • dat het WVV moet worden toegepast door alle nieuw opgerichte vennootschappen, verenigingen en stichtingen en door alle bestaande vennootschappen, verenigingen en stichtingen die een statutenwijziging (moeten) doorvoeren;
  • dat alle dwingende bepalingen van het WVV van toepassing zijn op alle vennootschappen, verenigingen en stichtingen ten nadele van eventuele daarmee strijdige statutaire bepalingen bij bestaande vennootschappen.

(2) Ten laatste op 31 december 2023 moeten de statuten van alle vennootschappen, verenigingen en stichtingen voldoen aan het WVV. De statuten van vennootschappen waarvan de rechtsvorm niet meer wordt erkend in het WVV (commanditaire vennootschap op aandelen, landbouwvennootschap, economisch samenwerkingsverband, coöperatieve vennootschap met on-/beperkte aansprakelijkheid) zullen gewijzigd moeten worden binnen de eerste zes maanden van 2024. De leden van het bestuursorgaan zijn persoonlijk en hoofdelijk aansprakelijk voor de schade geleden door de vennootschap, vereniging of stichting, of door derden ten gevolge van de niet-nakoming van deze verplichtingen.

Een overzicht van de wijzigingen vanaf 1 januari 2020

(1) Het WVV voegt een belangrijke voorwaarde toe aan de alarmbelregeling. Het bestuursorgaan moet de alarmbelregeling toepassen wanneer:

  • het nettoactief (eigen vermogen) negatief is of dreigt te worden (balanstest)
  • én wanneer het bestuursorgaan vaststelt dat het niet langer vaststaat dat de vennootschap, volgens “redelijkerwijs te verwachten ontwikkelingen”, in staat zal zijn om gedurende minstens de twaalf volgende maanden haar schulden te voldoen naarmate ze opeisbaar worden (liquiditeitstest).

Dezelfde dubbele test moet positief afgerond worden bij een eventuele uitkering door de vennootschap aan haar aandeelhouders. Het bestuursorgaan is hiervoor verantwoordelijk.

(2) De nieuwe regels over de vaste vertegenwoordiging van bestuurders-rechtspersonen (artikel 2:55 WVV) laten niet meer toe dat een rechtspersoon een andere rechtspersoon aanduidt als vast vertegenwoordiger in de rol van rechtspersoon-bestuurder. Iedere bestuurder-rechtspersoon moet vertegenwoordigd worden door een natuurlijk persoon. Bovendien mag een vast vertegenwoordiger binnen dezelfde vennootschap die rol niet meer combineren met een bestuurdersmandaat in eigen naam of een ander mandaat als vast vertegenwoordiger.

(3) Het aandelenregister, nu “register van effecten op naam”, mag elektronisch worden aangehouden maar moet eventueel aangevuld worden aangezien het vanaf nu bijkomend moet vermelden:

  • statutaire beperkingen van de overdraagbaarheid (voorkoop-/voorkeurrecht, vervreemdingsverbod, enz.);
  • bij het bestaan van een aandeelhoudersovereenkomst en indien een partij bij die overeenkomst erom verzoekt, overdrachtsbeperkingen die voortvloeien uit zulke aandeelhoudersovereenkomst;
  • de aan elk aandeel verbonden stemrechten (cfr. de mogelijkheid om een onevenredig stemrecht in te bouwen in de BV) en winstrechten evenals hun aandeel in het vereffeningssaldo, indien dat afwijkt van hun winstrechten.

(4) Bestaande vennootschappen met een in het WVV gewijzigde rechtsvorm (BVBA’s, CVBA’s) moeten (voluit of afgekort) de nieuwe rechtsvorm vermelden (BVBA=BV; CVBA=CV of BV) op alle akten, facturen, aankondigingen, bekendmakingen, brieven, orders, websites en andere stukken, al dan niet in elektronische vorm, uitgaande van de vennootschap (artikel 2:20 WVV).

(5) Het begrip “zaakvoerder” verdwijnt ten gunste van het nu veralgemeende begrip “bestuurder”;

(6) Wanneer een vennootschap bestuurd wordt door een collegiaal bestuursorgaan (i.e. raad van bestuur), mag een bestuurder in het geval van een vastgesteld belangenconflict niet langer deelnemen aan de beraadslaging en de beslissing over de beslissing of verrichting waarop het belangenconflict betrekking heeft. Wanneer een vennootschap maar één bestuurder heeft, mag de beslissing of verrichting nu voorgelegd worden aan de algemene vergadering. Wanneer er ook maar één aandeelhouder is, mag deze zelf de beslissing nemen en uitvoeren.

Neem in de loop van 2020 de tijd om uw vennootschap(pen) tegen het licht te houden en de wijziging en/of bijwerking van statuten, aandeelhoudersovereenkomst en andere relevante documenten voor te bereiden en/of uit te voeren. Over het algemeen hebt u er belang bij om 31 december 2023 niet af te wachten. 

Hou er daarnaast rekening mee dat het WVV ook heel wat nieuwe mogelijkheden biedt, zoals het oprichten van een BV met een beperkt maar afdoend aanvangsvermogen wegens het verdwijnen van het kapitaalsbegrip, het voorzien van meervoudig/onevenredig stemrecht, de grote statutaire vrijheid in de BV in het algemeen, het voeren van winstgevende ondernemingsactiviteiten door een VZW, enz.

Bannister Advocaten en mr. Roeland Vanstaen staan klaar om u wegwijs te maken in het hertekende vennootschapslandschap en begeleiden u zoals steeds graag bij al uw vennootschapsrechtelijke vragen.

Roeland Van Staen

Meer info