Veroordeeld in een EU-lidstaat en overlevering gevraagd: de mogelijkheden.

Het Europees aanhoudingsbevel

Binnen de lidstaten van de Europese Unie wordt er gebruik gemaakt van de juridische figuur van het Europees aanhoudingsbevel (afgekort: EAB). Dit Europese kaderbesluit, dat op 13 juni 2002 door de Raad van de Europese Unie werd aangenomen, heeft als doel de procedure voor de overlevering van personen tussen lidstaten van de EU te vergemakkelijken en te uniformiseren.

Het uitgangspunt van de procedure omtrent het Europees aanhoudingsbevel is het wederzijdse vertrouwen tussen de lidstaten en de wederzijdse erkenning van elkaars aanhoudingsbevelen.

Een Europees aanhoudingsbevel kan zowel worden uitgevaardigd indien een lidstaat een persoon wenst te vervolgen, als wanneer een lidstaat de straf van iemand die reeds werd veroordeeld, wenst uit te voeren.

In dit artikel belichten wij de tweede situatie, namelijk de situatie waarin de overlevering wordt verzocht van een persoon die reeds tot een straf werd veroordeeld.

Overlevering verzocht voor een straf die in het verleden werd opgelegd

In de praktijk merken wij vaak dat personen -na gedurende een lange tijd in België te hebben verbleven, gewoond en gewerkt- af te rekenen krijgen met een Europees aanhoudingsbevel voor een gevangenisstraf die hen in een (ver) verleden door een andere lidstaat werd opgelegd.

Voor deze personen is het vaak schrikken wanneer Spanje, Polen of Portugal plots hun overlevering vraagt. Wanneer ze voor de onderzoeksrechter geleid worden en dus een mogelijke gevangenneming riskeren. Het voelt vaak zeer onredelijk en oneerlijk aan voor deze personen om na een periode van pakweg zeven à acht jaar alsnog gevangen te worden genomen. Nog onredelijker is het gevoel mogelijks te worden overgeleverd aan een land waar de persoon in kwestie lange tijd niet is geweest.

Wij merken bovendien regelmatig dat de betrokken persoon niet op de hoogte is van het feit dat er tegen hem of haar een gevangenisstraf werd uitgesproken in dat andere land…

Onredelijke situatie? Straf uitzitten in België?

De wet van 19 december 2003 betreffende het Europees aanhoudingsbevel, die het bovenvermelde kaderbesluit omzet, voorziet voor dergelijke onredelijke situaties in de mogelijkheid voor België om de strafuitvoering over te nemen (artikel 4, 6° Wet EAB). Dit op voorwaarde dat de betrokken persoon Belg is of in België verblijft.

In de praktijk is het voor de persoon van wie de overlevering wordt verzocht vaak op vele vlakken beter dat België de strafuitvoering overneemt. Op die manier kan hij immers in België blijven, hetgeen ervoor zorgt dat het sociale netwerk en het sociale bestaan van die persoon niet plotsklaps wegvalt.

Belangrijker nog is dat indien België de strafuitvoering overneemt ook de Belgische regelgeving omtrent de strafuitvoering geldt voor die straf. Voor korte gevangenisstraffen betekent dit vaak dat een enkelband (elektronisch toezicht) wordt opgelegd in plaats van een effectieve gevangenisstraf te moeten gaan uitzitten.

Zo’n bestraffing met elektronisch toezicht is dan weer de ideale manier voor de betrokken persoon om zijn of haar werk te kunnen behouden. Immers kan een persoon die onder elektronisch toezicht staat met de autoriteiten een plan uitwerken om zijn of haar werk te kunnen voortzetten.

Hoe overtuigt u de rechter ervan uw strafuitvoering in België te laten plaatsvinden?


De beslissing over het overnemen van de strafuitvoering is uitsluitend een rechterlijke bevoegdheid en wordt in België door de onderzoeksgerechten genomen.[1]

Het komt er in de praktijk op neer dat de persoon van wie de overlevering wordt verzocht de rechter ervan moet overtuigen dat hij een voldoende sterke band heeft met België. Criteria die hierbij in rekening worden genomen zijn onder meer: de nationaliteit van de betrokken persoon, de integratie van die persoon in de Belgische maatschappij en de invloed van een eventuele overlevering op de sociale re-integratie van de betrokken persoon.

Wanneer u in een situatie terecht komt waarbij uw overlevering verzocht wordt, doet u er goed aan een gespecialiseerd advocaat te raadplegen. De wetgeving omtrent de overlevering is immers complex, maar biedt vele mogelijkheden.

Wordt uw overlevering verzocht of wenst u meer info te verkrijgen over de procedure of de te nemen stappen? Neem dan gerust in alle discretie contact op met een van onze specialisten op het telefoonnummer 03 369 28 00.

[1] Voor zover de persoon wanneer hij voor de onderzoeksrechter verscheen niet instemde met de vereenvoudigde procedure waarbij hij de overlevering zelf aanvaardde.