Ontvoering, wederrechtelijke vrijheidsberoving of gijzeling?

Onlangs kwamen verschillende ontvoeringen (terug) in het nieuws. Zo werd bijvoorbeeld op 1 juni 2020 een 13-jarige jongen uit Genk vrijgelaten na een zogenaamde gijzeling van 42 dagen en werd op 3 juni 2020, volgens verschillende mediabronnen, een nieuwe verdachte geïdentificeerd in de beruchte ontvoeringszaak-Madeleine McCann.

Het moet  opgemerkt worden dat niet elke ontvoering dezelfde is, ook niet juridisch gezien. Er kan namelijk sprake zijn van een ‘ontvoering’, ‘wederrechtelijke vrijheidsberoving’ óf ‘gijzeling’; misdrijven die duidelijk van elkaar onderscheiden moeten worden en die op verschillende wijzen bestraft worden.

Ontvoering

Het misdrijf ‘ontvoering’ kan – volgens de letter van de wet – enkel gepleegd worden ten aanzien van minderjarigen en kwetsbare personen. Kwetsbare personen zijn in dit opzicht bijvoorbeeld ouderen, zwangere vrouwen of mensen met een mentale óf fysieke beperking. Bovendien, zelfs wanneer een kind dat nog geen 12 jaar oud is de ontvoerder vrijwillig gevolgd is, kan er sprake zijn van ontvoering.

De straffen die aan een ontvoering verbonden zijn, variëren van 5 tot 30 jaar.

De straf kan weliswaar verlengd worden tot een levenslange gevangenisstraf ingeval er een terroristisch motief meespeelt. Deze straffen gelden ook voor de persoon die een minderjarige of kwetsbaar iemand bij zich houdt, na de eigenlijke ontvoering, wanneer die persoon weet dat er sprake is van een ontvoering. Desalniettemin worden de straffen verminderd als de ontvoerde minderjarige of kwetsbare persoon binnen de 5 dagen vrijwillig teruggegeven wordt.

Wederrechtelijke vrijheidsberoving

Er is sprake van een wederrechtelijke vrijheidsberoving wanneer men iemand aanhoudt of gevangen houdt zonder een rechtmatig bevel of wettelijke reden. Het moet in dit kader opgemerkt worden dat het misdrijf ook door openbare officieren en ambtenaars gepleegd kan worden wanneer zij bijvoorbeeld op onrechtmatige wijze én willekeurig één of meer personen aanhouden of wanneer zij een wederrechtelijke vrijheidsberoving niet beëindigen of vaststellen, afhankelijk van hun bevoegdheden.

Het misdrijf ‘wederrechtelijke vrijheidsberoving’ wordt gestraft met straffen die uiteenlopen van 3 maanden tot 5 jaar, afhankelijk van de duur van de vrijheidsberoving.

De straffen worden weliswaar verder verzwaard als de “ontvoerder” zich voordoet als agent, bijvoorbeeld, of wanneer terroristische, racistische of seksistische drijfveren voorhanden zijn.

Opmerkelijk is dat een wederrechtelijke vrijheidsberoving door een openbare officier of ambtenaar niet gekwalificeerd kan worden als een terroristisch misdrijf en de verzwarende omstandigheid van een terroristisch motief dus niet van toepassing is op dergelijke openbare ambtenaren, tenzij wanneer ze niet in die hoedanigheid vervolgd worden.

Gijzeling

Gijzeling, ten slotte, is “de aanhouding, de gevangenhouding of de ontvoering van personen om deze borg te doen staan voor de voldoening aan een bevel of een voorwaarde, onder meer een misdaad of een wanbedrijf voor te bereiden of te vergemakkelijken, de vlucht, de ontvluchting van de daders van een misdaad of wanbedrijf of hun medeplichtigen in de hand te werken, hun vrijlating te verkrijgen of ze hun straf te doen ontgaan”. Met andere woorden, een gijzeling staat gelijk aan een ontvoering of wederrechtelijke vrijheidsberoving maar dan met een specifiek doel.

Wat de straffen betreft, de gijzelnemer zal een straf van minimum 15 jaar riskeren maar enkel wanneer hij de gijzelaar vrijwillig vrijlaat binnen de 5 dagen na de ontvoering.

Ingeval niet aan die voorwaarde wordt voldaan geldt een straf van 20 jaar tot 30 jaar; een straf die verder verzwaard wordt wanneer een minderjarige of kwetsbare persoon gegijzeld wordt, de gijzelaar gefolterd wordt of welbepaalde gevolgen te wijten zijn aan de gijzeling.

Wilt u hierover meer informatie, neem dan gerust contact met ons via info@bannister.be of 03/369.28.00.

8 juni 2020