Mijn bejaarde moeder woont bij mij in: waarop moet ik letten?

Omdat ik niet wil dat mijn moeder haar oude dag moet doorbrengen in een stoffige rusthuiskamer, laat ik ze bij mij inwonen. Wat zijn de valkuilen? Waarop moet ik letten om discussies over de nalatenschap te vermijden?

Je bejaarde moeder of vader bij je laten inwonen op haar of zijn oude dag is nobel. Echter is het uitermate belangrijk om deze feitelijke samenwoning correct juridisch vorm te geven. Omdat wij bij Bannister Advocaten merken dat er in het kader van de vereffening en verdeling van de nalatenschap vaak discussies rijzen over de kwalificatie van stortingen die werden gedaan door de bejaarde ouder tijdens de feitelijke samenwoning, delen we graag onze praktische inzichten.

In de praktijk rijst de vraag of de stortingen die worden gedaan tijdens de feitelijke samenwoning schenkingen zijn van de inwonende ouder aan het kind waarbij deze inwoont, of dat betrokken stortingen bijdragen zijn voor kost en inwoon. Het antwoord op deze vraag is in twee opzichten relevant. Kwalificeert de rechter de stortingen als schenking, dan zijn deze vatbaar voor inbreng en inkorting. Dat wil zeggen dat een bepaald deel ervan terug moet worden gegeven aan de nalatenschap. Ten tweede zijn geschonken gelden, vanaf drie jaar voor het overlijden onderworpen aan erfbelasting.

De rechtspraak en rechtsleer nemen van oudsher aan dat een schenking bestaat uit twee bestanddelen. Ten eerste moet het vermogen van de schenker verarmen, ten tweede moet de storting zijn ingegeven door vrijgevigheid (animus donandi). De persoon die de stortingen betwist moet bijgevolg aantonen dat het vermogen van je bejaarde ouder verarmt en dat de stortingen vanuit vrijgevigheid gebeurde aan het kind waarbij de ouder inwoont. De vereiste vrijgevigheid is het grootste twistpunt.

Bijdragen tot de lasten van de samenwoning 

Een recent arrest van het Hof van Beroep te Antwerpen bracht duidelijkheid. Woon je bestendig feitelijk samen met je bejaarde moeder, dat wil zeggen dat er een huishouden moet bestaan, en zijn de stortingen periodiek -bijvoorbeeld maandelijks- dan vermoedt de rechtbank dat de stortingen bijdragen zijn voor de lasten van de feitelijke samenwoning. De stortingen kunnen geen schenkingen zijn omdat door het vermoeden elke vrijgevigheid ontbreekt. Zelfs ingeval van overmatige stortingen mag men niet zomaar van een schenking uitgaan.

Wil je discussies hieromtrent in de kiem te smoren, neem je best in de mededeling van de stortingen op dat het gaat om bijdragen in de lasten van de samenwoning. Zulke vermelding geeft geen 100 % garantie, maar het helpt de rechter om te besluiten dat er geen sprake is van vrijgevigheid en bijgevolg ook niet van een schenking. De stortingen moeten dan niet worden teruggegeven aan de nalatenschap en zijn niet onderworpen aan erfbelasting.

Uitvoering van een natuurlijke verbintenis


Aanvaardt de rechter niet dat de betrokken stortingen bijdragen in de lasten van de feitelijke samenwoning zijn, dan kan je beroep doen op een laatste strohalm… De natuurlijke verbintenis.

Een natuurlijke verbintenis is een morele verplichting die in principe niet juridisch afdwingbaar is. Wordt ze geheel of gedeeltelijk uitgevoerd of belooft men de verbintenis uit te voeren, dan kan ze worden omgezet naar een juridisch afdwingbare verbintenis en kan ze niet worden teruggevorderd (artikel 1235 BW).

In dit geval argumenteer je best dat je bejaarde ouder de morele verplichting voelde om je te helpen het huishouden te onderhouden. In principe is de bijdrage niet juridisch afdwingbaar, maar doordat de uitvoering ervan is begonnen kan de verderzetting juridisch worden afgedwongen en is er geen terugvordering mogelijk.

Op dit punt komen we terug bij de bestanddelen van een schenking: verarming van het vermogen van de schenker en handelen vanuit vrijgevigheid. Voert je bejaarde ouder een natuurlijke verbintenis uit, dan verarmt het vermogen niet en is er geen sprake van vrijgevigheid waardoor de stortingen nooit schenkingen kunnen zijn, met alle gewenste gevolgen van dien.

Enkele praktische tips

  1. Geef je feitelijke samenwoning juridisch vorm. We helpen je graag verder met een verklaring van feitelijke samenwoning.
  2. Wijzig minstens de woonplaats van je bejaarde ouder bij de ambtenaar van burgerlijke stand naar je eigen adres.
  3. Bespaar jezelf discussie door op voorhand zeer duidelijk de bedoeling van stortingen aan te duiden in de vermelding van de storting.

 

Heb je hieromtrent nog vragen, bedenkingen of twijfels? Aarzel dan niet om ons te contacteren. Ons gespecialiseerd team staat klaar om je verder te helpen. #notyouraveragelawfirm.

 

Steven Van Geert
Tuur Minne