Het verschil tussen gijzeling, wederrechtelijke vrijheidsberoving en ontvoering

Eerder deze week werd Merksplas opgeschrikt door ernstige feiten. Een man drong het huis van zijn ex-partner binnen en hield het inwonende gezin urenlang onder bedwang. De zoon van de ex-partner, een jongeman van 19 jaar, overleefde deze inval helaas niet.

Gijzeling


Voor de feiten waarover sprake, wordt vaak het woord gijzeling in de mond genomen. Strafrechtelijk gezien is niet elke situatie waarin iemand van zijn vrijheid te gaan en staan benomen wordt per se een gijzeling. Om juridisch te kunnen spreken van een gijzeling dient er sprake te zijn van een aanhouding, een gevangenhouding of een ontvoering met het doel borg te staan voor de voldoening aan een bevel of een voorwaarde. Ook kan de vrijheidsberoving beoogd worden om een misdrijf te vergemakkelijken [1], daders hun straf te doen ontgaan, daders te laten ontvluchten of vrij te laten gaan. Zulks wordt voorzien in artikel 347bis van het Strafwetboek.

Gijzeling vereist dat er een ander doel beoogd wordt door de dader. Ook moet er sprake zijn van een effectieve vrijheidsberoving. Iemand die enkel laat uitschijnen iemand van zijn vrijheid beroofd te hebben, zonder dit daadwerkelijk gedaan te hebben, maakt zich niet schuldig aan een gijzeling. Zo kan het voorvallen dat een persoon naasten van een persoon laat weten dat deze gegijzeld is (zonder dat dit waar is). Zelfs indien er in dit geval losgeld gevraagd wordt, is er eerder sprake van afpersing dan van gijzeling.

De wetgever acht het gijzelen een bijzonder zwaar misdrijf. Gijzeling wordt bestraft met opsluiting van twintig tot dertig jaar. Dit betekent dat in principe een Hof van Assisen hierover uitspraak dient te doen. Evenwel kan een gijzeling ook berecht worden door de correctionele rechter als er verzachtende omstandigheden aangenomen worden.

Wederrechtelijke vrijheidsberoving


Het Strafwetboek bestraft daarnaast ook nog de wederrechtelijke vrijheidsberoving. Hiervan is er sprake van zodra iemand gevangen gehouden wordt zonder wettelijke reden of rechtmatig bevel. Wederrechtelijke vrijheidsberoving verschilt van de gijzeling aangezien deze in eerste instantie ook kan ontstaan uit een ontvoering. Daarnaast moet er bij de gijzeling steeds sprake zijn van een bijzonder oogmerk, een doel. Dit is niet vereist om te spreken van de wederrechtelijke vrijheidsberoving.

Indien men zich schuldig maakt aan dit misdrijf, kan men een gevangenisstraf opgelegd krijgen van 3 maanden tot 5 jaar.

Ontvoering

 

Tot slot is er de ontvoering. Juridisch technisch is de ontvoering enkel mogelijk ten aanzien van een bepaalde groep mensen. Het gaat onder meer over kinderen en personen in een kwetsbare toestand ingevolge leeftijd, zwangerschap, een ziekte, of andere redenen.

De bestraffing van ontvoering is zeer afhankelijk van de precieze omstandigheden van de zaak. Zo speelt het een rol of het kind jonger is dan twaalf jaar. Het straffenarsenaal loopt tussen 5 en 30 jaar gevangenisstraf.

Merk trouwens op dat de ontvoering ook als middel gebruikt kan worden voor de gijzeling.

Hebt u vragen? Wenst u hierover meer informatie?  Neem dan gerust contact met ons via info@bannister.be of 03/369.28.00.

[1] De wet spreekt over een misdaad of wanbedrijf