Fake news in de boekhouding: ex-president Trump veroordeeld wegens valsheid in geschriften
De Amerikaanse politiek kent sinds 30 mei 2024 een nieuw dieptepunt. Ex-president Donald Trump werd die dag namelijk door een volksjury veroordeeld wegens o.a. valsheid in geschriften.
Meer concreet heeft Donald Trump, via een tussenpersoon (die als kroongetuige fungeerde in de strafzaak), zwijggeld laten betalen aan pornoster Stormy Daniels. Het doel: zijn verkiezingscampagne van 2016 vrijwaren van negatieve publiciteit.
Daar bleef het echter niet bij. Trump liet het bedrag ook in zijn boekhouding opnemen als juridische kosten; een vorm van valsheid in geschriften, volgens het Openbaar Ministerie en nu dus ook volgens de jury.
Maar wat is dat nu juist, ‘valsheid in geschriften’? In deze bijdrage gaan we er dieper op in.
Valsheid in geschriften
Wat betreft de bestanddelen van het misdrijf ‘valsheid in geschriften’, moet opgemerkt worden dat er sprake is van zo’n misdrijf wanneer vier constitutieve bestanddelen aanwezig zijn.
Ten eerste dient er sprake te zijn van een vervalsing van de waarheid (1).
De vervalsing kan zowel materieel of intellectueel zijn, waarbij ‘materieel’ slaat op het aantasten van het geschrift zelf (i.e. een document wordt vervalst) en ‘intellectueel’ op het wijzigen van de inhoud van een geschrift, hetzij door informatie weg te laten, hetzij door er valse informatie in aan te brengen.
Ten tweede moet de valsheid kunnen leiden tot morele of materiële schade (2).
Ten derde dient de valsheid te worden gepleegd in een geschrift dat door de wet beschermd is en op een in de wet bepaalde wijze (3).
Wat betreft de wettelijke beschermde documenten, dient te worden opgemerkt dat zowel authentieke en openbare geschriften als handels-, bank- of private geschriften wettelijk beschermd worden.
Betreffende de in de wet bepaalde wijzen, kan bijvoorbeeld het plaatsen van een valse handtekening beschouwd worden als een verboden wijze waarop een valsheid in geschriften kan gepleegd worden.
Echter, in deze moet benadrukt worden dat het Hof van Cassatie heeft geoordeeld dat “het formeel namaken van een handtekening alleen, als dusdanig niet noodzakelijk en onvermijdelijk een strafbare valsheid is, wanneer de overige constitutieve bestanddelen van het misdrijf ontbreken of niet bewezen zijn, inzonderheid het bedrieglijk opzet of het oogmerk om te schaden“.
Andere manieren waarin de wet voorziet, zijn o.a.: (i) namaking of vervalsing van geschriften of handtekeningen, (ii) overeenkomsten, beschikkingen, verbintenissen of schuldbevrijdingen valselijk opmaken of achteraf in aktes invoegen en (iii) toevoeging of vervalsing van bedingen, verklaringen of feiten aan aktes.
In ieder geval dient het geschrift of de gewijzigde gegevens zich aan het openbaar vertrouwen op te dringen vooraleer er sprake kan zijn van valsheid in geschriften. De persoon aan wie het geschrift wordt voorgelegd, moet – met andere woorden – overtuigd kunnen worden van de waarachtigheid van het document.
Ten slotte dient er sprake te zijn van een bedrieglijk opzet of het oogmerk om te schaden (4).
Het bedrieglijk oogmerk betreft de doelstelling van de dader om zichzelf of een ander een onrechtmatig(e) voordeel of winst te verschaffen. Dit is een voordeel dat of een winst die niet of veel moeilijker zou bekomen zijn indien het geschrift waarheidsgetrouw opgesteld werd.
Het oogmerk om te schaden veronderstelt daarentegen dat de dader door vervalsing schade aan een ander wil veroorzaken, ongeacht of hij daar ook effectief zal in slagen.
Of aan al deze vereisten ook voldaan zou zijn in de zaak van ex-president Donald Trump, zou ons te ver leiden, ook omdat we niet over het volledige dossier beschikken.
Of aan al deze vereisten voldaan is in de zaak waarin u betrokken bent, bekijken wij graag samen met u.
Ingeval u vragen heeft over het misdrijf ‘valsheid in geschriften’, contacteer ons via info@bannister.be of via 03 369 28 00!